Zeevogels op de Shetlandeilanden
De Shetlandeilanden zijn een waar paradijs voor natuurliefhebbers. Spectaculaire landschappen, een kans om orka’s in het wild te zien, de extreem vriendelijke bewoners, maar vooral de vele zeevogels zijn de belangrijkste redenen om af te reizen naar de Shetlandeilanden. De zeevogels op de Shetlandeilanden, die in het voorjaar met honderdduizenden, misschien wel miljoenen, op de archipel afkomen om er te broeden zijn echt een geweldige reden om de Shetlandeilanden te bezoeken. Shetland is voor vogelaars dan ook echt Walhalla.
Maar als je nou besluit om naar de archipel te reizen vraag je jezelf vast af, welke zeevogels leven er op de eilanden en waar zijn de zeevogels op de Shetlandeilanden te vinden? Wij hebben het voor jou op een rijtje gezet Ook als je nog twijfelt om naar de Shetlandeilanden af te reizen, kan dit overzicht je helpen om je keuze te maken.
Mocht je voor de zeevogels op de Shetlandeilanden de reis naar de archipel maken, houdt er dan rekening mee dat deze alleen in het broedseizoen van april tot en met juli te zien zijn. Na deze periode zijn de vogels weer op de open zee te vinden.
* De vogelgriep heeft de afgelopen jaren fors om zich heen gegrepen bij veel zeevogels, populatie aantallen kunnen dus een stuk lager liggen dan hieronder genoemd.
De Jan-van-gent
De eerste van de zeevogels op de Shetlandeilanden is de Jan-van-gent (Morus bassanus). De Jan-van-gent is, met een spanwijdte van 170-180cm en een gewicht van 2,3-3,6 kg, de grootste zeevogel van de Noord-Atlantische oceaan. De Jan-van-gent is overwegend wit, met een crèmekleurige kop en zwarte vleugelpunten. De vogels leven in het grootste gedeelte van de noordelijke Atlantische oceaan en broeden op ruige kliffen, vaak op (onbewoonde) eilanden. Landen waar ze broeden zijn Canada, Duitsland, Engeland, Faeröer eilanden, Frankrijk, Ierland, IJsland, Noorwegen, Rusland, Schotland en Wales.
Veruit de meeste hiervan broeden in Schotland. Bij Bass Rock, niet ver van Edinburgh, broedt de grootste kolonie met meer dan 75.000 broedpaartjes. Maar ook op de Shetlandeilanden hebben ze niet te klagen over het aantal Jan-van-gent, het gaat hier namelijk om zo’n 40.000 broedparen, die grofweg op drie plekken gezien kunnen worden. De grootste populatie is te vinden in het Hermaness National Nature Reserve in het uiterste noorden van de archipel.
Makkelijker te bereiken is de broedkolonie op het eiland Noss, in het Noss National Nature Reserve, welke ook goed met de boot te bezoeken is. De laatste plek is het afgelegen Fair Isle. In tegenstelling tot veel andere zeevogels gaat het met de Jan-van-gent heel goed, en neemt de populatie op veel plekken toe.
De Atlantische papegaaiduiker
De Atlantische papegaaiduiker (Fratercula arctica) is een stevig gebouwde vogel van ongeveer 30 centimeter hoog. De spanwijdte ligt tussen de 47 en 63 centimeter. Het verenkleed van de papegaaiduiker is zwart met een witte buik en witte wangen. Het meest opvallend aan de papegaaiduiker zijn zijn grote, oranje poten met zwemvliezen, de oranjerode met zwarte snavel en de oranje versiering rond het oog. Hiermee krijgt de papegaaiduiker een prachtig uiterlijk en begrijp je ook gelijk waarom dit dier ooit de naam papegaaiduiker kreeg.
De Atlantische papegaaiduiker leeft, zoals de naam al doet vermoeden, in de Atlantische oceaan. De papegaaiduiker is alleen te vinden in het noordelijke deel van deze oceaan. In de zomer komen zij massaal bij elkaar op steile kliffen om te broeden. Zo ook op de Shetlandeilanden. In totaal leeft ongeveer 1/5 van alle Schotse papegaaiduikers op de Shetlandeilanden, meer dan genoeg om te spotten dus. Hoewel de vogels op behoorlijk wat kliffen en onbewoonde eilandjes te vinden zijn, zijn er vier plekken waar de Atlantische papegaaiduiker op de Shetlandeilanden heel goed te vinden is. Dat zijn Hermaness NNR, Sumburgh Head, Noss NNR en Fair Isle.
Lees hier alles over de Atlantische papegaaiduiker op de Shetlandeilanden.
De grote jager
De volgende zeevogel die voorkomt op de Shetlandeilanden is de grote jager (Stercorarius skua), een roofvogel die erom bekend staat om voedsel te stelen van andere zeevogels. Naast het stelen van voedsel, jagen ze ook daadwerkelijk op kleinere zeevogels zoals papegaaiduikers en zeekoeten.
De grote jager is qua grootte te vergelijken met een zilvermeeuw en kan een spanwijdte van bijna 1,5 meter hebben. De grote jager is oneffen donkerbruin, met een witte streep op de vleugels. Broeden doet de grote jager voornamelijk op IJsland, de Faeröer eilanden, Noorwegen en de Schotse eilanden. Ze broeden op heidegebieden vlak bij de kust. Voor mensen kennen ze geen angst en mocht je te dichtbij hun nest komen, dan vallen ze je aan.
Een heel groot deel van alle grote jagers broedt op de Shetlandeilanden. Ze broeden niet in grote broedkoloniën zoals de andere zeevogels en zijn dus wat meer verspreidt over de eilanden te vinden. De grootste kans om ze te spotten heb je in Hermaness NNR, Noss NNR, maar ook op andere plekken zoals St. Ninian’s Isle.
De zeekoet
De zeekoet (Uria aalge) is één van de zeevogels op de Shetlandeilanden die je waarschijnlijk veel tegen zult komen. Deze alk-achtige, is zwart-wit en wordt zo’n 40-50 centimeter hoog. Als de vogels aan land zijn, staan ze bijna rechtop, waardoor ze wat weg hebben van pinguïns. De zeekoet komt voor net te zuiden van de Noordpool, tot aan Portugal, Japan en delen van de VS. Tijdens het broedseizoen komen de vogels aan land, waar ze voornamelijk op kliffen en rotspartijen broeden. Zeekoeten broeden hutjemutje met soms wel 20 broedpaartjes per vierkante meter en een nest bouwen ze niet eens.
De zeekoet kan op veel plekken op de Shetlandeilanden gevonden worden, zolang er maar kliffen of rotspartijen te vinden zijn. Grote populaties zijn te vinden bij Sumburgh Head, Noss NNR en Hermaness NNR. Helaas broeden ze vaak laag, waardoor ze voornamelijk ver weg zijn. Vanaf de boot kan je ze bij Noss goed zien.
De alk
De alk (Alca torda), is net als de zeekoet een alk-achtige en beide vogels lijken dan ook redelijk op elkaar. Beiden zijn zwart-wit van kleur en staan wat rechtop. Het grootste verschil zit hem in de snavel, de snavel van de alk is namelijk veel dikker en er loopt een witte lijn overheen. De alk komt alleen voor in het noorden van de Atlantische oceaan. Ze broeden vaak in grote koloniën, wat geregeld mengkoloniën zijn.
Veruit de meeste alken broeden op IJsland, maar tijdens het broedseizoen zijn de vogels ook te vinden langs de kust van Noorwegen, Zweden, Finland, de Faeröereilanden, Ierland, het Verenigd Konikrijk, Frankrijk, Canada en Groenland. Op de Shetlandeilanden zijn geen grote alkkolonieën te vinden, maar broeden ze vaak in gemengde koloniën. Doordat de alk wat hoger op de kliffen broedt, zijn deze vaak goed te bewonderen. Net als voor veel zeevogels op de Shetlandeilanden geldt dat Noss NNR, Hermaness NNR, Sumburgh Head en Fair Isle goede plekken zijn om ze te vinden.
De zwarte zeekoet
Vier verschillende zeevogels op de Shetlandeilanden zijn alk-achtige, want ook de zwarte zeekoet (Cepphus grylle) is een alk-achtige. Deze kleine alk-achtige, die zo’n 30 centimeter groot worden, is bijna volledig zwart. Alleen op de beide vleugels zit een stuk wit. Daarnaast hebben ze felrode poten en is de binnenkant van de bek ook felrood. Tijdens de winter zien ze er heel anders uit, dan zijn ze voornamelijk grijs en zijn de rode onderdelen een stuk minder fel.
De vogels komen voor rond de hele Noordpool, niet zuidelijker dan Ierland. Het grootste deel van de zwarte zeekoeten leeft in de Noordelijke IJszee, maar een deel dus ook zuidelijker. De zwarte zeekoet broedt niet in grote koloniën, maar vaak met slechts een aantal broedpaartjes bij elkaar. Ze broeden vaak beschut, tussen rotsen of in kleine inhammen.
Op de Shetlandeilanden zijn ze op veel plekken te vinden, zolang er maar kliffen of rotsen langs de kust zijn. Ze zijn te vinden op de bekende vogelplekken, maar zijn echt over de hele archipel goed te vinden.
De noordse stormvogel
De laatste van de zeevogels op de Shetlandeilanden die wij in de overzicht behandelen is de noordse stormvogel (Fulmarus glacialis). Een grijs met witte vogel, die lijkt op een meeuw. Als je echter goed naar de vogel kijkt, zul je zien dat de vogel meer weg heeft van een stormvogel. De noordse stormvogel wordt zo’n 45 centimeter groot en heeft een spanwijdte van iets meer dan een meter.
De noordse stormvogel is een wijdverspreide vogel, die rond de hele Noordpool voorkomt. Zuidelijk komen ze niet verder dan het noorden van Frankrijk. Net als de andere zeevogels op de Shetlandeilanden komt de noordse stormvogel alleen aan land om te broeden. Dit doen ze onder andere in IJsland, Canada, Rusland, Noorwegen, de Faeröereilanden en het Verenigd Konikrijk.
In het Verenigd Konikrijk leven er zeker 1.000.000 noordse stormvogels. Waarvan een groot deel op de Shetlandeilanden leeft. De noordse stormvogel is een stuk minder kritisch wat betreft broedplek dan de andere zeevogels en kan je dus echt niet missen tijdens een reis over de archipel. Een mooie plek om ze te zien is op St. Ninian’s isle. Kom niet te dicht bij een broedende noordse stormvogel, want als ze zich bedreigd voelen braken ze een geurig goedje over je heen.
Dit was ons overzicht met zeven van de meest voorkomende zeevogels op de Shetlandeilanden. Er zijn er uiteraard nog meer, wellicht krijgen die op een later moment nog aandacht op wildlifereizen.com
Comments (3)
Afgelopen juni was ik 3 weken op de Shetland eilanden. Bijna alle hierboven beschreven vogels kunnen spotten. Met name de kolonie Jan-van-Genten op Noss , was indrukwekkend.
Afgelopen juni was ik 3 weken op de Shetland eilanden. Bijna alle hierboven beschreven vogels kunnen spotten. Met name de kolonie Jan-van-Genten op Noss , was indrukwekkend.
Hoi Wim,
Bedankt voor je reactie. Wat toevallig. Wij waren er ook in juni, helaas wel maar 10 dagen. Wij vonden de Jan-van-Genten ook echt fantastisch. Echt een unieke ervaring.